Bouwstenen voor maatschappelijk draagvlak van huisvesting voor arbeidsmigranten

Bouwstenen voor maatschappelijk draagvlak van huisvesting voor arbeidsmigranten

Bouwstenen nodig voor een groter maatschappelijk draagvlak voor de huisvesting van arbeidsmigranten

Met het uitkomen van het advies van het Aanjaagteam Roemer is het bestuurlijke taboe op de huisvesting voor arbeidsmigranten definitief van de baan. Het nieuwe kabinet werkt aan de uitvoering van de ruim 50 aanbevelingen van Roemer. Maar hoe noodzakelijk ook, in papieren beleid kan niet worden gewoond.

Het tekort aan logiesplaatsen is landelijk inmiddels opgelopen tot 150.000. Het zijn de gemeenten die meer en betere huisvesting voor arbeidsmigranten moeten realiseren. De verbetering van de huisvesting van arbeidsmigranten verdient in de nieuwe collegeprogramma’s dan ook een prominente plaats. Maar beleid omzetten in bouwen lukt niet zonder maatschappelijk draagvlak.

En in nogal wat gemeenten ontbreekt helaas deze vertrouwensbasis tussen overheid en burgers. En daarmee ontbreekt ook de noodzakelijke schakel tussen beleid en uitvoering. Vaak ontlaadt deze vertrouwensbreuk zich bij plannen voor nieuwe huisvesting voor arbeidsmigranten. Niet alleen leidt dit tot uitzonderlijk lange vergunningprocedures en talloze tussentijdse vastlopers, maar ook de negatieve beeldvorming en maatschappelijke vooroordelen blijven te lang onweersproken.

Hoe dit negatieve sentiment dat de huisvesting voor arbeidsmigranten omgeeft te doorbreken?

Zowel gemeenten als huisvesters zullen uit hun comfortzone moeten stappen en gezamenlijk en zichtbaar moeten investeren in een steviger maatschappelijk draagvlak. Dit is een kwetsbaar proces maar zeker kansrijk als in de plannen ook aandacht en ruimte is voor gelijktijdige verbetering van het woon- en leefklimaat van buurt en burgerij. Meer betrouwbare samenwerking, gebiedsgericht maatwerk en open communicatie moeten omwonenden en burgerij het vertrouwen geven dat hun zorgen en vragen serieus genomen worden door de gemeente en de investerende huisvester.

Naast beter samenwerken, kunnen huisvesters en gemeenten ieder ook eigen bouwstenen inbrengen. Met goede afstemming herstellen zij vertrouwen , bevorderen zij steun voor de uitvoering van beleidsplannen en breken zij vooroordelen af.

Bouwsteen 1: huisvesters stemmen per locatie hun beheer en toezicht af op omwonenden en op beleid en handhaving van de gemeente door een actieve en transparante werkwijze

Bij de start van bouwplannen voor nieuwe huisvesting van arbeidsmigranten ontbreken vaak concrete waarborgen voor compleet beheer en toezicht op en rond de nieuwe locatie. Ontbreekt een uitgewerkt beheerplan dan zijn goede leef- en woonomstandigheden niet gegarandeerd en geeft dit aanleiding tot veel vragen en zorgen.

Van de professionele huisvester mag verwacht worden dat hij de zorg voor bewoners en omwonenden optimaliseert door gerichte faciliteiten te bieden, dat hij zich aan afspraken met de buurt houdt, transparant omgaat met de afhandeling van overlastmeldingen en vergunning voorwaarden respecteert. De onafhankelijke en zelfstandige huisvesters van de VHA (Vereniging Huisvesters Arbeidsmigranten) ontwikkelen hiervoor een uniek digitaal dossier waarin de gemeente kan meekijken.

Bouwsteen 2: ruil gemeentelijke dogma’s in voor draagvlak

Voor gemeenten geldt dat zij zichzelf voldoende handelingsruimte moeten bieden om meer en betere huisvesting voor arbeidsmigranten te kunnen combineren met goede woon- en leefomstandigheden voor bewoners en omwonenden.

Dit betekent eerst en vooral dat zij afscheid moeten nemen van een aantal klassieke dogma’s zoals het verbod voor wonen op bedrijventerreinen of het uitsluiten van nieuwe huisvesting voor arbeidsmigranten in het buitengebied.

Ook eisen als de integratie in de plaatselijke samenleving of een maximale afstand tot locale voorzieningen zijn in de praktijk nauwelijks te realiseren voorwaarden. Deze onbespreekbare voorwaarden (dogma’s) blokkeren het zoeken naar alternatieve vestigingsruimte voor betere huisvesting van arbeidsmigranten.

Bouwsteen 3: maak huisvesting van arbeidsmigranten ook tot een regionale strategie

Meer en betere huisvesting voor arbeidsmigranten vraagt om creatieve en oplossingsgerichte werkwijzen. De nieuwe Omgevingswet schept hiervoor de nodige ruimte. Naast het benutten van tijdelijke locaties voor tijdelijke onderkomens richt de aandacht zich steeds vaker op het ontwikkelen van doorstroomlocaties/-faciliteiten met in de tijd wisselende gebruikers (aandachtsgroepen).

Deze strategieën passen bij het in regionaal verband uitwerken van meer en betere huisvesting voor arbeidsmigranten. Net als geldt voor de infrastructuur, het milieubeleid, de arbeidsmarkt en de reguliere woningmarkt, is de huisvesting van arbeidsmigranten een regionale opgave. De aanwezigheid van (voldoende) arbeidsmigranten is immers van niet te onderschatten regionaal-economische betekenis.

 

Gelukkig zijn in alle gemeenten inmiddels zowel de bouwstenen als huisvesters beschikbaar voor het gezamenlijk bouwen aan een nieuw maatschappelijk draagvlak voor de verbetering van de huisvesting van arbeidsmigranten. Nu nog een uitnodigend nieuw collegeprogramma.

 

J.J.P.M. (Joep) Thönissen
Voorzitter Vereniging Huisvesters Arbeidsmigranten (VHA)
Den Haag, 15 februari 2022

 

Wilt u dit opiniestuk in PDF hebben? U kunt het PDF-document hier downloaden.

Wilt u de publicatie van dit opiniestuk in het Binnenlands Bestuur inzien? U kunt hier de afbeelding downloaden.