Arbeidsmigrant verdient goede huisvesting

Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door Joep Thönissen, voorzitter van de Vereniging Huisvesters Arbeidsmigranten. Op 15 februari 2020 gepubliceerd in het Financieel Dagblad. Bekijk het artikel hier.

Arbeidsmigrant verdient goede huisvesting

Op de huisvesting van tijdelijke arbeidsmigranten rust een taboe. De afwerende opstelling van veel gemeenten en een groot maatschappelijk wantrouwen hebben het tekort aan verantwoorde huisvesting voor arbeidsmigranten de afgelopen jaren in hoog tempo doen oplopen tot ruim 120.000 verblijfplaatsen in 2019. Overlast en overbewoning bezorgen tijdelijke arbeidsmigranten als groep een slecht imago. Terwijl ze wel bijdragen bij aan economische groei en voorspoed in veel regio’s in dit land. Hun inzet beperkt zich al lang niet meer tot agrarisch gebied of tot seizoenswerk. Het gaat jaarlijks om ruim 400.000 hard werkende, veelal jongere arbeidskrachten, die gemiddeld één à twee jaar in Nederland verblijven.

‘Huisvesting van arbeidsmigranten dichtbij hun werk geeft de verstopte lokale woningmarkt meer ruimte’

Het is in veel gemeenten verre van vanzelfsprekend dat hun bijdrage aan onze welvaart wordt beantwoord met zorg voor hun welzijn. Veel arbeidsmigranten wonen momenteel noodgedwongen in de goedkope woningvoorraad of op verouderde vakantieparken. Omdat het om tijdelijk verblijf in Nederland gaat, is de sociale woningbouw van corporaties niet beschikbaar.

Deze situatie vraagt om een nieuwe taakverdeling tussen overheden en marktpartijen. Gemeenten moeten zich meer richten op aangepaste woonvormen op (tijdelijke) woonlocaties, in plaats van lokale integratie. Huisvesting van arbeidsmigranten dichtbij hun werk geeft de verstopte lokale woningmarkt meer ruimte. Gemeenten en regio’s kunnen het keurmerk van Stichting Normering Flexwonen (SNF) hanteren voor uniforme kwaliteitseisen aan huisvesting.

Verlammend taboe

Het is aan de gemeenten om hun bouwopgave voor voldoende huisvesting te erkennen bij de verkoop van nieuwe bedrijventerreinen en om navenant ook ruimte beschikbaar te stellen. Het bouwprogramma kan door professionele huisvesters en werkgevers voor eigen rekening en risico worden uitgevoerd.

‘Gemeenten moeten regels voor professioneel beheer van huisvestingslocaties opnemen in hun algemene plaatselijke verordening’

Omdat een werkgever zowel werken als wonen voor buitenlandse arbeidskrachten mag regelen, bestaat het risico dat huisvesting een verdienmodel wordt voor die werkgever. Werkgevers moeten zich natuurlijk houden aan cao-afspraken over de huisvesting van arbeidsmigranten. En gemeenten moeten regels voor professioneel beheer van huisvestingslocaties opnemen in hun algemene plaatselijke verordening, in aanvulling op de kwaliteitscriteria van SNF.

Zo kunnen gemeenten, werkgevers en huisvesters het verlammende bestuurlijke en maatschappelijke taboe op huisvesting van arbeidsmigranten doorbreken, en het vertrouwen terugbrengen in de samenleving dat onze welvaart en hun welzijn twee kanten van dezelfde medaille zijn.

 

Heeft u op- of aanmerkingen over onze artikelen? Laat het ons dan weten via het contactformulier.